Schil de aardappelen en kook ze in weinig water met wat zout
in ± 18 minuten gaar.
Breng intussen in een hapjespan 1 liter water aan de kook en
los hierin de bouillontabletten op.
Houd de bouillon tegen de kook aan en voeg het laurierblad en
de kruidnagels toe.
Snijd de kabeljauw in grove stukken en de champignons in
vieren, schep ze in de bijna kokende bouillon en pocheer alles
in 5-6 minuten gaar.
Giet de aardappelen af en stamp ze tot een fijne puree.
Voeg de boter en de olijfolie toe, zodat het een smeuïge
stamppot wordt.
Kook het pocheervocht op hoog vuur tot 1 dl in.
Klop de magere melk in een cappuccinoklopper zo schuimig
mogelijk en roer deze bij het ingekookte pocheervocht, zodat
een schuimige saus ontstaat.
Warm deze saus goed door.
Schep een mooi bergje brandade op de borden, schep de
schuimige saus eromheen en strooi er wat peterselie over.
Zonder kaas | Met kaas | Met bier | Kip met pesto | Vis zonder knoflook | Rundvlees met wijn | Vegetarisch met noten en kaas | Kip zonder knoflook |