Spoel de vis onder koud stromend water, dep de filets droog
met keukenpapier en snijd ze in vingerbrede repen.
Bestrooi de vis met wat zout.
Breng in een pan de visfond, de wijn en 1 dl water aan de kook
en laat alles 6 - 8 minuten zachtjes koken.
Spoel intussen de mosselen en de garnalen in ruim koud water
en laat ze uitlekken.
Voeg de prei, de bleekselderij, de ui en het laurierblad aan
het kookvocht toe en laat alles 5 minuten zachtjes koken.
Doe daarna de vis erbij en houd alles 4 minuten tegen de kook
aan.
Strooi er de allesbinder over en roer alles door.
Voeg vervolgens naar smaak zout en peper toe en schep de
mosselen, de garnalen, de tomaten en de peterselie door het
gerecht.
Neem de pan na 2 minuten van het vuur en verwijder het
laurierblad.
Verdeel het gerecht over grote voorverwarmde kommen of diepe
borden en strooi er de bieslook over.
Geef er lekker warm en knapperig, dus zelf afgebakken,
stokbrood bij en zet voor de liefhebbers een schaaltje
(gezouten) boter op tafel.
Zonder kaas | Met kaas | Met bier | Kip met pesto | Vis zonder knoflook | Rundvlees met wijn | Vegetarisch met noten en kaas | Kip zonder knoflook |