Kook de wijn tot de helft in.
Dompel de tomaten in kokend water, laat ze onder koud water schrikken en
ontvel ze.
Verwijder de zaadjes en snijd het vruchtvlees in blokjes.
Pel en snipper de sjalotten en de knoflook.
Maak de groenten schoon en snijd ze in blokjes.
Ontvlies zo nodig de konijnenlever.
Verhit de helft van de boter met de olie in een braadpan en bak de stukken
konijn rondom bruin.
Bestrooi ze met de bloem en laat ze nog even bakken.
Voeg de sjalotten en de knoflook toe en laat die even kleuren.
Schep het konijn, de sjalotten en de knoflook uit de pan, giet het
braadvet weg en blus de braadresten met de ingekookte wijn.
Voeg de bouillon, de stukjes tomaat, de groenten en de suiker toe en breng
dit aan de kook.
Doe de stukken konijn, de sjalotten en de knoflook terug in de saus en
laat het vlees op laag vuur 30-35 minuten stoven.
Maak intussen de champignons schoon, snijd ze doormidden, bak ze in 1
eetlepel boter tot het vocht is verdampt en bestrooi ze met peper en
zout.
Neem de gare stukken konijn uit de pan, zeef de saus en laat haar
desgewenst even inkoken.
Doe het konijn en de champignons er weer in en verwarm alles nog even in
de saus.
Bak intussen de lever kort in de overige boter, snijd hem fijn en bestrooi
hem met peper en zout.
Meng de lever tenslotte voorzichtig met de peterselie door de saus.
Lekker met aardappeltjes en een verse groente.
Zonder kaas | Met kaas | Met bier | Kip met pesto | Vis zonder knoflook | Rundvlees met wijn | Vegetarisch met noten en kaas | Kip zonder knoflook |